Dit maakt een tekst boeiend voor jouw lezers
Dit maakt een tekst boeiend voor jouw lezers
Als je zit te zwoegen op een tekst, wil je natuurlijk wel de garantie dat jouw lezer niet tijdens het lezen afhaakt, wegens: saaaaaiiiiii…
Of dat-ie er helemaal niet aan begint, omdat de titel hem niet aanstaat.
Daarom hier een aantal tips waarmee je de kans vergroot dat je een lezer jouw artikel intrekt en niet meer kwijtraakt.
De titel
Het eerste wat een lezer van je ziet is de titel.
Ik kies bij dit artikel voor de tamelijk ingetogen titel:
Dit maakt een tekst boeiend voor jouw lezers
Ik doe hiermee een belofte, maar die is nog redelijk bescheiden. Ik wil je helpen om een boeiende tekst te maken.
Je kunt als schrijver ook inzetten op meer dan “boeiend”: fascinerend. Of zelfs: geobsedeerd. Of: betoverend.
Dan krijg je: Dit maakt een tekst betoverend voor jouw lezer
Nu kun je het nog aantrekkelijker formuleren: 5 tips waarmee je jouw lezer betovert
Je kunt ook de belofte opblazen: 5 tips waarmee je jouw lezer gegarandeerd betovert
Met het woord “geheime” maak je het ongrijpbaar voor de lezer. Je zegt dan: ik ben de enige die dit weet. Als je het bij mij niet leest, zul je het nooit weten: 5 geheime tips om jouw lezer te betoveren
Of je geeft het een wetenschappelijke status: Neurowetenschapper onthult: 5 geheime tips om een lezer te betoveren
Het wordt steeds spannender en smeuïger. De belofte wordt groter, de “geheime” informatie aantrekkelijker.
Het aantal bezoekers dat begint met lezer, zal groter zijn dan bij mijn titel. Het aantal teleurgestelde lezers neemt ook toe, omdat je dit soort beloftes meestal helemaal niet kan waarmaken.
Ik volg online een copywriter met een blog die alle titels van zijn artikelen tot dit soort proporties opblaast. Hij onthult de ene na de andere geheime formule. Meestal in een betaald programma.
En het werkt: je wilt dit nieuwe geheim weten. Zou hij nu echt de heilige graal hebben ontdekt?
Nee, natuurlijk niet. Hij is allang door zijn tips, trucs en formules heen. Hij verpakt ze alleen steeds opnieuw en blaast ze steeds verder op. Zijn volgers raken ook verzadigd en laten zich niet meer wakker schudden met iets dat minder is dan:
Krijg nu toegang tot dit ene woord waarmee jij in het hoofd van jouw bezoekers op de knop drukt die ze laat kopen. Dit woord gaat jouw hele business veranderen!
Elke dag een beetje verbeteren, is niet meer voldoende. Oplossingen moeten in één klap een business compleet veranderen, of “naar een volgend level brengen”.
Titels sluiten hier dan naadloos bij aan.
Het is jouw persoonlijke keuze waar je je prettig bij voelt.
In mijn marketing blaas ik op om op te vallen, maar mijn belofte moet nog wel blijven aansluiten bij de inhoud.
Ik verkoop een eersteklas schrijftraining voor mensen die snel, omvangrijke teksten willen maken. Hiervoor maakt ik een ronkende pagina waarin ik haarfijn uitleg waarom je die training móet volgen.
Mensen zijn er enorm mee geholpen zijn, daarom durf ik grote beloftes te doen. Als schrijfdocent aan een communicatieopleiding kreeg ik mensen aan het schrijven die er veel moeite mee hadden en hun zelfvertrouwen waren verloren.
Na mijn training schreven ze weer met plezier.
Daarom durf ik mijn boodschap in de marketing van de training op te blazen. Maar ik zoek naar een balans: mijn titel, claims en belofte moeten ik de training worden waargemaakt.
Of mijn training de beloftes waarmaakt, kun jij helaas alleen achterhalen door de training aan te schaffen. 😊
Jouw titel in Google
Vergeet niet dat de belangrijkste plek voor jouw titel de zoekresultaten van Google is. Daar gaan jouw bezoekers op jouw artikelen klikken.
Deze zogenaamde snippit in Google is dus de eerste en belangrijkste kennismaking!
Hier een voorbeeld van een pagina in mijn webshop:
Dit is het eerste wat potentiële lezers van mij zien. Ze moeten daarna natuurlijk op een pagina landen met ongeveer dezelfde titel en met informatie die antwoord geeft op de eerste belofte die ik ze heb gedaan.
Je zult dus een optimum moeten vinden tussen:
- Een prikkelende titel met een aantrekkelijke belofte
- Een tekst die de belofte waar kan maken
Blaas je te veel op en maak je het niet waar, dan stel je de lezer teleur. Ben je te bescheiden met je titel, dan zal er weinig op geklikt worden en doe je jezelf tekort.
Intro
Een intro is een klein stukje tekst boven aan een artikel. Het vertelt de lezer waar het artikel over gaat. Daarmee wordt het nog makkelijk om te kiezen of je eraan begint.
Je hoeft zeker niet altijd een intro te gebruiken. Maar het kan je helpen om een lezer nog meer te verleiden om verder te lezen.
Ook hier is de truc om een belofte doen waarvan je weet dat de lezer ernaar verlangt.
De intro boven dit artikel zou kunnen zijn:
Als je hard je best doet op het schrijven van teksten, wil je natuurlijk ook dat ze gelezen worden. Daarom de 5 belangrijkste tips om de aandacht van jouw lezer te grijpen en ze daarna tot de laatste regel te boeien.
Je weet direct waar dit artikel over gaat: zorgen dat een tekst wordt gelezen. Je weet wat je krijgt: 5 tips die je hierbij gaan helpen. Ze gaan je zelfs helpen de lezer tot de laatste regel te boeien. Dat is een behoorlijke claim.
Het kan natuurlijk nog smeuïger.
Als je hard zwoegt op een tekst, dan wil je dat het gelezen wordt. Maar hoe je dit? 5 tips voor een onweerstaanbare tekst die door jouw bezoeker wordt stukgelezen.
Ook bij een intro zoek je naar een optimum tussen de aantrekkingskracht van de belofte en de inhoud van het artikel.
Beloof je gouden bergen, dan moet je wel met top-tips komen om de verwachtingen waar te maken.
Witregels, tussenkopjes & beeld
Dit kan de interesse van jouw lezer maken of breken: het beeld van de pagina. Ik bedoel hier: is het een groot grijs blok met ellelange alinea’s of is er veel witruimte rond de zinnen?
Sinds we meer op internet zijn gaan lezen, is de manier waarop teksten zijn vormgegeven ook sterk verandert.
Als je nu een boek van 100 jaar geleden openslaat, dan raak je ontmoedigd van de eindeloze aaneengeregen alinea’s. Veel van ons zijn dit niet meer gewend.
Je ziet tegenwoordig dat uitgevers van literatuur en lectuur voor bepaalde doelgroepen kiezen voor grotere letters, meer witregels op de pagina’s en bredere kantlijnen.
De bestverkochte boeken in Nederland op dit moment gaan over sporters en bekende figuren, zoals René van der Gijp en Wim Kieft.
Deze uitgeverij weet dat hun doelgroep normaal gesproken niet of weinig leest. Daarom kiezen ze voor minder afschrikwekkende pagina’s door er veel minder woorden op te zetten. Dat maakt het bladertempo hoger en zo ziet de lezer dat het lekker opschiet.
Daarbij is de regelafstand groter, wat het gemakkelijker en minder vermoeiend maakt om bij de les te blijven.
Ook zetten ze af en toe een witregel tussen alinea’s en staan er in de boeken veel fotopagina’s. Met fotopagina’s deel je het boek op in etappes.
Sinds we een kwarteeuw geleden massaal het internet op gingen, is het beeld van een pagina op internet veranderd.
Tekstschrijvers voor online predikten in die tijd bijna allemaal: teksten moeten kort en bondig. Alinea’s moeten kort. Gebruik veel witregels. Gebruik bullets. Gebruik tussenkopjes. Plaats er foto’s en infographics bij.
De premisse was: de lezer op internet is een gehaast type dat met zijn vinger dreigend boven de linkermuisknop hangt. Als hem ook maar iets niet bevalt, dan is hij weg.
En die keuze maakt hij niet zelf, dat doet zijn onderbewustzijn. In een fractie van een seconde wordt bepaald of jouw pagina het waard is om te blijven.
Een angstaanjagend situatie.
Al vergaten we toen dat mensen ook op die manier door kranten en tijdschriften gaan. We scannen titels en plaatjes. We racen over de pagina’s. Zo zappen we ook langs tv-kanalen.
En het is waar: we bewegen ons op internet sneller voort dan ooit.
Het opnemen van kennis is daardoor veel lastiger. Uit onderzoek is gebleken dat we in een tekst met daarin blauw onderstreepte woorden (het beeld dat ons aan linkjes doet denken) 30% minder informatie opnemen.
Ons brein is bij het zien van deze ontsnappingsroutes niet meer in staat het koppie erbij te houden.
Al die afleidingen hebben we overigens zelf op de pagina’s ingebouwd. Ik kan me herinneren dat een decennium geleden in nieuwsartikelen online in bijna elke alinea een link stond.
Als je steeds op de eerstvolgende link klikte, kwam je terecht in een eindeloze zwerftocht langs brokstukjes met informatie, waarin geen enkele samenhang was te ontdekken.
Het internet leek gebouwd om te verdwalen. Of om te ontdekken, maar net hoe jij het ervaart.
Terug naar het beeld van de pagina…
Tekstschrijvers namen de tips over schrijven voor het beeldscherm ter harte. Hierdoor wenden we aan pagina’s met overzichtelijke tekstblokken, relatief grote titels en tussenkopjes en veel beeld. Inmiddels komen daar grotere letters en een steeds grotere regelafstand bij.
En dat is mijn tip: sluit aan bij wat mensen gewend zijn.
Geef ze licht, lucht en ruimte. Zo kunnen ze de leessnelheid ontwikkelen die ze prettig vinden, omdat ze hem gewend zijn geraakt.
Geef ze beeld. Bij voorkeur beeld met mensen: mensen kijken het liefst naar mensen. Ze kijken het allerliefst naar baby’s, maar die moet je niet lukraak op elke pagina zetten. Niet te scheutig met baby’s.
Inhoud!
En toch is het allerbelangrijkste om jouw lezer te boeien: inhoud. De informatie die je deelt.
Wees dus niet te bang om veel informatie te geven. Nog steeds willen mensen nieuwe kennis tot zich nemen. Als jouw bezoeker jouw onderwerp interessant vindt, dan leest hij echt wel verder.
Probeer daarom in elk artikel dat je maakt, het beste van jezelf te geven. Ben niet te bondig en beknopt, maar vertel er lekker op los.
Kijk hierbij niet naar de lengte van een artikel.
Ooit werd door SEO specialisten vastgesteld dat de ideale lengte van een artikel 400 woorden was. In die tijd verschenen miljoenen teksten met een lengte van tussen de 300 en 500 woorden.
Inmiddels weten we wel beter. Als het boeiend is, mag een artikel best 3000 woorden beslaan.
Schrijf jezelf lekker leeg en maak jouw allerbeste artikel.